Is analyse van voetballers in de media serieus te nemen?

Op het internet, op televisie en in kranten kom je regelmatig analyses tegen van voetballers. Soms van een team individuen tegelijk op basis van één wedstrijd. De analist geeft zijn mening over elf spelers. Met enkele voorbeelden wordt een speler op een voetstuk gezet of (vaker nog) onderuit gehaald. Niet erg netjes en feitelijk onterecht. Wat is analyseren van een individu? Hoe lastig is dat? Welke onderdelen zouden allemaal mee moeten tellen bij het vormen van een beeld van een speler?

Geen oordeel

Een wedstrijdanalyse zou niet mogen bestaan uit het uiten van meningen. Het is het weergeven van de feiten. “Dat was een goede loopactie” is geen feitelijke beschrijving. Iemand anders zou het een slechte loopactie kunnen vinden. Als de bovenstaande vertaald wordt naar “de speler kiest zijn timing, snelheid en richting zo dat hij bal met ruimte en tijd kan ontvangen met zijn gezicht naar het doel” dan wordt heel specifiek onderbouwd wat er gebeurt. Een lezer kan in dit geval zelf concluderen of een actie effectief is geweest. Dat is de basis van analyseren.

Voetbalhandelingen

Bij het analyseren zouden vage begrippen moeten ontbreken. Hoe kan (bijvoorbeeld) gemeten worden of een speler “scherp” is of juist niet? Wat is dat, “scherp zijn”? Wint de speler veel duels? Is hij veel aanspeelbaar of is hij zijn tegenstander een stapje voor door eerder bij de bal te zijn? Dit soort weinig zeggende termen die niet te vertalen zijn naar voetbalhandelingen zouden niet gebruikt moeten worden bij een analyse. Het winnen van duels en het aanspeelbaar zijn, is wel meetbaar en is te gebruiken in een onderbouwing van een prestatie op het veld.

Relatie tot de omgeving in het veld

Als er gezegd wordt “deze rechtsback geeft slechte voorzetten” dan wordt er vermoedelijk bedoeld dat zijn passes vanaf de flank niet aankomen bij een medespeler. Er kunnen vele oorzaken zijn. Een bal nauwkeurig voorgeven is tot op het hoogste niveau niet eenvoudig. Er zijn veel factoren die de kwaliteit van de voorzet beïnvloeden: Wat is de staat van het veld? Hoe wordt hij aangespeeld? Op welke snelheid en onder welke druk moest hij zijn voorzetten geven? Hoe is zijn tegenstander gepositioneerd? Kozen zijn medespelers goed positie voor het doel? Hoe stonden/liepen de verdedigers van de tegenstander? Wordt dit meegenomen in de analyse van het aanvallende onderdeel van de rechtsback, dan zou het kunnen dat het oordeel anders wordt. Misschien is belangrijk om te bekijken of de speler betere opties had. Was er ondersteuning waardoor de back één of meerdere andere keuzes had?

Verwachting trainer

Analisten bekijken zelden of nooit een training en weten niet wat een trainer meegeeft aan een speler of team. Ook de wedstrijdbesprekingen en individuele gesprekken zijn afgeschermd voor een buitenstaander. De coach kan heel logische zaken vragen maar het tegengestelde is evengoed mogelijk. Als een speler goed luistert naar de trainer en uitvoert wat van hem gevraagd wordt, dan kan hij onlogische zaken doen die niet effectief zijn. Voetballers doen over het algemeen wat van hen wordt gevraagd, zelfs als dit tegen hun eigen logica ingaat. Maakt het volgen van instructies een speler dan “slecht”? Het uitvoeren van de door de trainer gegeven taken wordt immers gezien als een buitengewoon nuttige kwaliteit van een speler.

Psychologische aspecten

Gekeken naar de trainer en de omgeving zijn er veel vragen die een analist zou kunnen meenemen om tot een degelijke analyse te komen. Daarnaast telt het mentale aspect mee. Hoe is de psychologische staat van een voetballer bij aanvang wedstrijd? Beïnvloedt dit zijn spel?

  • Hoe is er getraind de laatste trainingen voor een wedstrijd?
  • Is de speler ervaren of onervaren?
  • Hoe is de relatie met de trainer? Met zijn medespelers?
  • Hoe is de privésituatie op het moment van de wedstrijd?
  • Zit er extra druk op een wedstrijd?
  • Op welke manier wordt er input gegeven vanaf de zijkant tijdens een wedstrijd of in de rust?
  • Wat roept het publiek over of naar een speler?
  • Wat is er in de media geschreven voorafgaande aan de wedstrijd?

Er kan gesteld worden dat het buitensluiten van al deze factoren hoort bij het voetbalvak. De topspelers beheersen dit bovengemiddeld goed. Dit neemt niet weg dat er soms een mentaal aspect van tijdelijke aard in de weg kan zitten.

Niet alleen balcontacten

Aangeven of een speler slecht of goed presteert (als een analist dit zou willen) is dus niet eenvoudig. De speler zou dan specifiek en gedurende de hele wedstrijd gevolgd moeten worden. Bovendien is er (complexe) achtergrond informatie nodig. Over het algemeen maken analisten alleen een analyse op basis van balcontacten. Het gaat echter om veel meer dan dat. Dat mag duidelijk zijn. Daarnaast zijn de balcontacten slechts een zeer klein onderdeel in het functioneren van een speler op het veld. Maximaal 4% van de speeltijd heeft een voetballer de bal. Aanvallen en verdedigen is dus vooral positie kiezen zonder bal. Veel analisten hebben daar onterecht te weinig aandacht voor.

Wat betreft het verdedigen zijn er relevante zaken die benoemd kunnen worden als het gaat om het beoordelen van voetballers. Hieronder een aantal zaken die niets met balcontact te maken hebben maar wel wat zeggen over de kwaliteit van een speler.

  • Positioneert een speler zich zo dat hij een (of meerdere) passlijnen blokkeert?
  • Staat hij zo opgesteld zodat de tegenstander het dichtste bij hem in de buurt niet ingespeeld wordt?
  • Kantelt hij snel mee en let hij daarbij op de afstanden ten opzichte van zijn medespelers?
  • Neemt hij een positie over als een medespeler overlapt?
  • Scant hij veelvuldig zijn omgeving?
  • Coacht hij de mensen specifiek en nuttig in zijn omgeving?
  • Verdedigt hij technisch goed? Laat hij zich niet uitspelen? Dwingt hij de tegenstander naar het verkeerde been?
  • Reageert hij goed op coaching van medespelers?

Aanvallend zijn ook vele handelingen op een rijtje te zetten die je kunt meenemen als je een speler bekijkt zonder dat daar een bal bij betrokken is, o.a.

  • Kijkt hij voldoende om zich heen?
  • Houdt een speler maximale afstand tot de tegenstanders om hem heen?
  • Opent hij passlijnen naar dieper staande spelers?
  • Staat hij open gedraaid richting doel tegenstander voordat de bal wordt ontvangen?
  • Als hij de bal ontvangt, heeft hij dan het maximaal aantal afspeelopties in zicht?
  • Loopt hij de ruimtes voor medespelers niet dicht?
  • Zijn loopacties technisch effectief? Is er een werkende voorbeweging? Is de richting goed gekozen? Is de actie explosief in het loskomen?
  • Maakt hij met loopacties ruimte voor medespelers?
  • Maakt hij met loopacties ruimte voor zichzelf?

Kijken naar de bal doet iedereen van nature. Het vergt oefening om daar vanaf te stappen en te kijken naar het bewegen van de spelers zonder bal. Op televisie is meestal niet het geheel aan spelers te zien en dat maakt analyse op basis van tv-beelden lastiger dan aanwezig in een stadion.

Balcontacten beoordelen

Er wordt in de beoordeling van spelers veel gesproken over het maken van “de juiste keuzes” aan de bal. Doet een speler dat wel of niet? Het lijkt zo eenvoudig te beoordelen, maar zelfs dat kan tegenvallen. Een voetballer kan een perfecte pass afleveren. Als een medespeler niet op tijd zag waar de pass naartoe ging en daardoor te laat kwam of niet de juiste ruimte inliep, wat betekent het dan? Krijgt de speler dan een “plusje” achter zijn naam? Was er oogcontact? Werd er gecoacht? Aan een pass zitten letterlijk twee kanten. Niet alleen de verzender bepaalt de kwaliteit van de pass, maar ook de ontvanger. Waren er misschien (nog) betere opties voor de man die pass verzorgde? En welk doel krijgt hij als speler mee van de coach? Balbezit of mag hij met risico kansen creëren?

Onhoorbaar

Een verdediger kan tegelijkertijd een passlijn dichtzetten maar ook ruimte weggeven daardoor. Als hij die ruimte overdraagt aan een ander, kan dat op zich een prima actie zijn. Belangrijk is wel dat de speler een duidelijke verbale boodschap doorgeeft waaruit blijkt wat zijn medespeler moet doen. Als zijn ploeggenoot de overgedragen tegenstander echter niet goed oppikt, kan het eruit zien als fout van de eerste speler. Vanaf de zijlijn is zelden hoorbaar wat spelers tegen elkaar zeggen. Dat gemis maakt analyse weer een stapje lastiger.

Statistieken in analyse

Voetbaldata is tegenwoordig een booming business. Als het om wedstrijddata gaat, zijn de cijfers tot op heden nagenoeg allemaal gebaseerd op balcontacten. De acties zonder bal zijn nog moeilijk meetbaar. Mogelijk komt daar in de toekomst door nieuwe technieken verandering in. Ondertussen moeten de statistische rapporten van wedstrijden met daarin de statistieken op een rij nauwkeurig geïnterpreteerd worden om zinvol te zijn. Het is essentieel dat de opgegeven waarden zeer zorgvuldig gedefinieerd zijn. “Aangekomen passes” zegt helemaal niets over de kwaliteit van de passing. Denk daar verder over na en de volgende vragen doemen op:

  • Zijn passes achterwaarts die aankomen interessant? Of zijwaarts?
  • Wat is de lengte van de passes? Allemaal korte en teruggekaatste passes zijn niet echt relevant.
  • Wat is de beginplek van de pass?
  • Had de gever veel of weinig tijd om de pass te geven? Hoeveel druk gaf de tegenstander?
  • Met welke snelheid bewoog hij toen hij de pass gaf?
  • Bracht de pass de ontvanger in een makkelijke of moeilijke situatie?
  • Zaten er passes bij die een goal veroorzaakte?
  • En als een pass niet aankwam: lette de ontvanger niet goed op of was de pass niet goed gegeven?

Richting, lengte, begin en eindpunt van een pass, zijn overigens al prima in kaart te brengen. Vermoedelijk ook snelheid van de speler en de pass. Maar het omzetten naar dit soort gegevens naar iets dat bruikbaar is voor een analist of scout, is allerminst eenvoudig.

Conclusie

Analyses van individuele spelers, wat is het nut ervan? Het is vaak veel te beperkt om serieus te kunnen nemen. Er is zo ontzettend veel te bekijken en te weten, liefst over langere termijn, om tot iets dat hout snijdt te komen. De analist moet op ontzettend veel letten en heeft veel relevante informatie niet beschikbaar. Daarbij is 95% van de acties zonder bal en daar is de aandacht meestal niet op gericht. Statistieken zeggen nauwelijks iets over het rendement van spelers. Dat maakt het analyseren van individuele spelers een niet te onderschatten vak op zich.

Oordelen over een speler, is nagenoeg onmogelijk. En toch zijn “analyses” gebaseerd op zeer gebrekkige informatie en kunde in de media schering en inslag. Het beïnvloedt de carrière van spelers zonder enige twijfel, helaas ook in negatieve zin. Misschien mogen journalisten daar wat meer bij stil staan.